Inhoudelijke beschrijving:
Algemene inhoud:
Het gesprek gaat vooral over de twee wereldoorlogen en hoe onze respondent die beleefde. WO I als kind/tiener en WO II als volwassene met een gezin. Opvallend is dat de respondent quasi uitsluitend ludieke anekdotes vertelt over die twee verschrikkelijke, historische periodes. Alsof hij de ware ellende en miserie van de twee oorlogen wil negeren. Zijn uitspraak en stemgeluid is heel slecht waardoor één en ander onverstaanbaar is.
Samenvatting:
00.00
De respondent verhaalt over de eerste dagen van het begin van de eerste wereldoorlog. Hij was nog een kind. Op een maandag trokken grote groepen vluchtelingen uit de Luikse regio via Brussel door Oosterzele. Het Duitse leger was ten zuiden van België ons land binnengevallen. Zo raakten de mensen in Oosterzele op de hoogte van de uitbraak van de oorlog. Behoudens een krant was er immers geen enkele vorm van mediacommunicatie. Geen radio, geen tv. Toen de Duitse soldaten te paard Oosterzele binnenreden kwam enkele burgers in opstand maar algauw namen velen de vlucht, waarvan de meeste mensen richting Frankrijk.
03.45
Na enkele dagen keerden velen erg vermoeid en radeloos terug naar huis toen ze hoorden dat de Duitsers heel Europa zouden bezetten. Via de krant vernam men dat o.a. Antwerpen was gevallen. Wat later werd in het naburige Kwatrecht en Melle hevig slag geleverd tussen het Belgische en het Duitse leger. Enkele gedeserteerde Belgische soldaten vonden een schuilplaats in Oosterzele.
08.10
De respondent werd in die beginfase op een dag aangehouden door 3 Duitse soldaten op zoek naar gevluchte vijanden. Hij kwam er met de schrik vanaf. Bij hem thuis werd een grote put die eigenlijk aangemaakt was voor het stapelen van bieten gebruikt als schuilplaats.
13.10
In die begindagen werden mannen via de champetter opgeëist om loopgraven te delven voor de veiligheid van de burgers. Veel jonge mannen (18-25) ontbraken op het appel daar ze gevlucht waren naar Frankrijk om alzo te ontsnappen aan legerdienst.Oosterzele was een dorp geworden van oude mannen, vrouwen en kinderen herinnert de respondent zich.
15.45
Duitsers organiseerden regelmatig een klopjacht op Belgische deserteurs. Anderzijds werden soms mannen opgepakt voor dwangarbeid in Duitsland. Iets waaraan de respondent ternauwernood ontsnapte aan het eind van de oorlog.
19.00
De Duitsers controleerden nauwgezet de oogsten van de landbouw. Het rantsoen voor de burgerbevolking was minimaal. Sommigen organiseerden zich om om levensnoodzakelijke grondstoffen verborgen te houden voor de bezetter. In Wallonië werden met paard (of met een os zoals onze respondent) en kar steenkool opgehaald.
25.00
In 1938 werd de respondent samen met enkele dorpsgenoten opgeroepen voor mogelijke legerdienst. Na 5 dagen verblijf in De Pinte mochten ze echter terug huiswaarts. Hij vertelt enkele avonturen meegemaakt in het interbellum. De eerste WO maakte onze respondent mee als kind/tiener de tweede als volwassene met een gezin. In 1940 werd hij opgeroepen en diende hij 6 maanden in het leger. Hij overwoog even voordien om te deserteren en kreeg wat later een kogel door zijn oor, zonder veel erg achteraf. België gaf zich over en viel hij in handen van de Duitsers maar werd wat later vrijgelaten en maakte hij verder de tweede wereldoorlog als burger mee.
Verzameling dialectbanden van de sectie Nederlandse Taalkunde (Universiteit Gent). Volledige verzameling op www.dialectloket.be