Beschrijving:
De grootste grondbezitter te Letterhoutem was ongetwijfeld de Sint Pietersabdij van Gent. In de 13e eeuw had ze er niet minder dan 144 cijnsgelders. Een oorkonde van 1285 maakte reeds melding van een hoeve die haar eigendom was en het is wellicht diezelfde hoeve (die Jan van den Vivere en zijn echtgenote in pacht namen in l376. Het betreft hier hoogstwaarschijnlijk het “Hof te Letterhoutem” dat in het jaar 1634 door de gezworen landmeter Jan de Cooman op verzoek van de abt van de Sint-Pieterabdij te Gent werd opgemeten (oppervlakte 2 bunder 4 roeden) en gekarteerd. Bedoeld pachthof staat ook afgebeeld op de kaart van het tiendenbezit uit 1730 waar het onder perceelsnummer 17 vermeld staat met een oppervlakte van 2 bunder 3 roeden en beschreven als “Het hof van abdye van Sint-Pieters”. Merkwaardig hierbij is wel dat nu nog deze hoeve bestaat en dat de inplanting van de gebouwen ogenschijnlijk volledig overeenstemt met de configuratie van de genoemde kaart.
Blijkens de hogergenoemde metingen van 1634 had het “Hof te Letterhoutem” een totale oppervlakte aan gronden van 30 bunder en 17 roeden hetzij ongeveer 37 ha.